Ondernemers moeten belasting betalen over hun winst. Met aftrekposten kan je je belastbare inkomen verlagen. Eén van deze aftrekposten is de zelfstandigenaftrek. Wat is de zelfstandigenaftrek? Voor wie geldt de zelfstandigenaftrek?
Om voor de zelfstandigenaftrek in aanmerking te komen, moet een ondernemer voldoen aan een aantal voorwaarden:
De zelfstandigenaftrek geldt niet voor medegerechtigden die winst uit een onderneming hebben behaald. Ook voor ondernemers die de AOW-leeftijd hebben bereikt, geldt een uitzondering. Als een zelfstandig ondernemer op 1 januari de AOW-leeftijd heeft bereikt, komt hij niet voor de volledige zelfstandigenaftrek in aanmerking. De zelfstandigenaftrek is dan 50% lager dan voor ondernemers die de AOW-leeftijd op dat moment nog niet hadden bereikt.
De zelfstandigenaftrek is een bedrag dat zelfstandig ondernemers van hun belastbaar inkomen mogen aftrekken als ze voldoen aan de genoemde voorwaarden. De zelfstandigenaftrek mag niet meer zijn dan het bedrag van de winst vóór de ondernemersaftrek. De ondernemersaftrek bestaat uit aftrekposten waarop je als ondernemer recht kan hebben. Het kan gaan om de zelfstandigenaftrek, startersaftrek, meewerkaftrek, stakingsaftrek en aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk.
Deze beperking geldt niet als je ook in aanmerking komt voor de startersaftrek. Startende ondernemers hebben recht op het volledige bedrag van de zelfstandigenaftrek. In 2025 bedraagt de startersaftrek net als in 2024 € 2.123 en dit bedrag komt bovenop de zelfstandigenaftrek. Je komt hiervoor in aanmerking als je aan de voorwaarden voor de zelfstandigenaftrek en de onderstaande voorwaarden voldoet:
De zelfstandigenaftrek bedraagt in 2025 € 2.470. Dit bedrag mag je van je belastbare winst aftrekken. In 2024 was de zelfstandigenaftrek € 3.750 en in 2023 was deze € 5.030. De zelfstandigenaftrek wordt dus steeds verder verlaagd. In 2025 is de zelfstandigenaftrek net als in 2024 met 34% verlaagd.
In 2025 is de zelfstandigenaftrek verlaagd naar € 2.470.
Voor alle aftrekposten samen, waaronder dus de zelfstandigenaftrek, geldt bovendien een beperking voor hogere inkomens. Voor 2025 geldt dat voor inkomens van meer dan € 76.817 het maximumtarief 37,48% is.
Om te kunnen zien hoe de zelfstandigenaftrek en de beperking op aftrekposten door de jaren heen zijn veranderd, hebben we een overzicht gemaakt.
Zelfstandigenaftrek | Tarief | |
---|---|---|
2020 | €7.030 | 46% |
2021 | €6.670 | 43% |
2022 | €6.310 | 40% |
2023 | €5.030 | 36,93% |
2024 | €3.750 | 36,97% |
2025 | €2.470 | 37,48% |
De zelfstandigenaftrek wordt verrekend via de aangifte inkomstenbelasting. De Belastingdienst bepaalt op basis van een aantal vragen of je voor de zelfstandigenaftrek in aanmerking komt. Ondernemers die hiervoor aanmerking komen, hoeven deze dus niet zelf aan te vragen. Als je op deze aftrekpost recht hebt, wordt deze automatisch van de winst afgetrokken.
Soms is de winst uit de onderneming te laag om de zelfstandigenaftrek helemaal toe te kunnen passen. In dat geval verrekent de Belastingdienst het bedrag aan niet-gerealiseerde zelfstandigenaftrek in de volgende 9 jaar. De winst moet in die jaren dan wel hoger zijn dan de hoogte van de zelfstandigenaftrek in die jaren. De Belastingdienst bepaalt wat het bedrag is dat je kan verrekenen. Deze staat op het aanslagbiljet. Dit bedrag dien je tijdens de aangifte inkomstenbelasting in te vullen onder het kopje ‘Ondernemersaftrek’.
De zelfstandigenaftrek 2024 was € 3.750. Net als in voorgaande jaren was het belastingvoordeel door aftrekposten beperkt. In 2024 was het maximum tarief 36,97%.
In 2025 is de zelfstandigenaftrek verlaagd naar € 2.470. De zelfstandigenaftrek 2025 is dus maar liefst 34% lager dan in 2024. Er geldt wederom een beperking op het belastingvoordeel door aftrekposten. Het tarief hiervoor is 37,48%.
Je komt voor de zelfstandigenaftrek in aanmerking als je voldoet aan het urencriterium van 1.225 uren en ondernemer voor de inkomstenbelasting bent. De zelfstandigenaftrek is dus niet alleen voor zzp’ers, maar ook voor kleine, middelgrote en grote bedrijven.
Het komt weleens voor dat de winst uit de onderneming te laag is om de zelfstandigenaftrek helemaal toe te kunnen passen. Als dit het geval is, verrekent de Belastingdienst het bedrag aan niet-gerealiseerde zelfstandigenaftrek in de volgende 9 jaar. In die jaren moet de winst dan wel hoger zijn dan de hoogte van de zelfstandigenaftrek in die jaren. De Belastingdienst stelt het bedrag dat je kan verrekenen vast met een beschikking. Deze staat op het aanslagbiljet.
Naast de zelfstandigenaftrek zijn er nog een aantal aftrekposten waar je als ondernemer voor in aanmerking kan komen. De ondernemersaftrekposten zijn de mkb-winstvrijstelling, startersaftrek, meewerkaftrek, stakingsaftrek en aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk. Ook is er de investeringsaftrek, die bestaat uit de kleinschaligheidsaftrek (KIA), milieu-investeringsaftrekken MIA en VAMIL en de energie-investeringsaftrek (EIA).